Ontvlambare afvalstoffen staan bij de ontdoener opgeslagen in een opslagplaats die voldoet aan de PGS-richtlijnen waaronder PGS 15 voor verpakte stoffen. Het afval moet uit deze opslag in het inzamelvoertuig komen. Bij deze verplaatsing kunnen brandbare dampen vrijkomen. Bij de verwerker moeten de afvalstoffen weer gelost worden uit het voertuig naar een opslag of rechtstreeks in de installatie. Bij deze verplaatsingen kunnen brandbare dampen vrijkomen. Ook bij de Milieustraat zijn situaties waarin brandbare dampen of gassen kunnen vrijkomen.
Brandbare dampen kunnen bij de juiste temperatuur (afhankelijk van de stof) door een ontstekingsbron tot ontbranding komen. In een aantal gevallen kan dit zelfs een explosie tot gevolg hebben.
Er zijn veel mogelijke ontstekingsbronnen. Hierbij moet worden gedacht aan:
- open vuur
- sigaret
- statische elektriciteit
- verbrandingsmotor van voertuigen
- vonken door botsen van metalen
- vonken door in- of uitschakelen elektrische apparaten
- vuurwerkresten
- batterijen (lithium)
Voor de opslag van lithium-houdende energiedragers, waaronder batterijen, is in 2023 richtlijn PGS 37-2 in ontwikkeling waarvan de consequenties nog niet zijn uitgekristalliseerd. De arbocatalogus afvalbranche volstaat met verwijzing naar de achterliggende principes in deze richtlijn voor het treffen beheersmaatregelen.
- Analyse van ongevallen in de afvalsector 1998-2009, RIVM
- Basisinspectiemodule van de Nederlandse Arbeidsinspectie bij Gevaar voor verstikking, bedwelming, vergiftiging, brand of explosie (2018)
- Achtergrondinformatie gevaarlijk afval
- indien van toepassing: achtergrondinformatie Brzo-bedrijven en bedrijven met ARIE-verplichting